Politiek

De spelers in de Amerikaanse sport zijn verdeeld over de kwestie, nu de presidentsverkiezingen op 5 november spannender dan ooit dreigen te worden.

Michelle Obama spaart kosten noch moeite. De voormalige First Lady (60) steunt de Democratische kandidaat Kamala Harris in de verkiezingen van 5 november en is begonnen aan een tournee door de Verenigde Staten om Amerikanen aan te moedigen zich te registreren om te gaan stemmen. Onder de titel “When We All Vote” is haar initiatief de afgelopen weken opgepakt door een aantal sportpersoonlijkheden, waaronder de 26-jarige basketballer Jayson Tatum, recent NBA-kampioen met de Boston Celtics. “Ons stemrecht is zo belangrijk dat ik wel gehoor moest geven aan deze oproep”, legt hij uit in een video die vooral bedoeld is om de Afro-Amerikaanse stemmers aan te moedigen.

De NBA in de voorhoede van politiek activisme
Net als in de aanloop naar de verkiezingen van 2016 en 2020 loopt de NBA weer voorop als het gaat om politiek activisme in de Verenigde Staten. Golden State Warriors-coach Steve Kerr (58), een overtuigd Democraat, maakte op 19 augustus een opvallende verschijning op de partijconventie in Chicago, waar hij op het podium sprak over “de behoefte aan echt leiderschap in de Verenigde Staten, niet leiderschap dat probeert ons te verdelen”. Teamster Stephen Curry (36) volgde drie dagen later en schaarde zich achter Kamala Harris, “een president die eenheid kan brengen in dit land”. Meer recentelijk was het de Miami Heat-franchise die een officiële verklaring uitgaf, niet ter ondersteuning van een kandidaat, maar uit verontwaardiging over de opmerkingen van voormalig president Donald Trump. Tijdens het televisiedebat op 10 september zei de 78-jarige Republikeinse kandidaat dat Haïtiaanse immigranten de huisdieren van inwoners van Springfield, Ohio, stalen en opaten. “Deze valse verhalen zijn kwetsend en beledigend, en hebben een aantal onschuldige mensen tot het doelwit gemaakt van haatzaaiende taal en fysieke bedreigingen. Onze Haïtiaanse werknemers, supporters en vrienden verdienen beter,” aldus de verklaring.

De Amerikaanse voetbal- (NFL) en honkbal- (MLB) competities zijn van oudsher meer conservatief en hebben ook een aantal gepolitiseerde atleten. Hun steun voor Donald Trump is echter veel discreter. Zoals Taylor Walls, een speler van de Tampa Bay Rays in de MLB, die zijn arm opstak en “Fight! Fight!” schreeuwde tijdens een wedstrijd op 24 juli, een verwijzing naar de voormalige president die tijdens een campagnemeeting in zijn oor werd geschoten. Op dezelfde dag voerden verschillende spelers van de Saint Louis Cardinals een soortgelijke viering uit tijdens een andere wedstrijd, waarbij ze hun rechterarm hieven en met hun linkerarm hun oor aanraakten. Een gebaar dat achteraf voor de pers helemaal niet geaccepteerd werd. “Het was een verhaal tussen ons. Er was niets politieks aan”, legt speler Matt Carpenter uit.

Wat de NFL betreft, is de laatste publieke steun voor Donald Trump afkomstig van gepensioneerde spelers. Actieve spelers worden op zijn zachtst gezegd niet uitgenodigd om hun politieke mening te geven. Colin Kaepernick betaalde de prijs in 2016, toen hij meerdere keren knielde tijdens het volkslied om te protesteren tegen politiegeweld tegen zwarte mensen in de Verenigde Staten. Het gebaar van de voormalige quarterback van San Francisco kostte hem zijn plaats in de American League.

Mahomes en Clark blijven neutraal
Hoewel sommige atleten zich in de aanloop naar de verkiezingen durven uit te spreken, zijn ze over het algemeen discreter dan in 2020. Met name de steun van LeBron James voor de Democraten laat op zich wachten, ondanks het feit dat de 39-jarige Los Angeles Lakers-ster vier jaar geleden de kant van voormalig president Joe Biden koos.

Het moet gezegd worden dat het politieke klimaat meer gespannen is dan ooit, net als de verdeeldheid binnen de Amerikaanse samenleving. De aanslag op het Capitool in Washington in januari 2021 markeerde een keerpunt in de escalatie van geweld, net als de twee recente moordpogingen op Donald Trump. Een context die sporters er niet per se toe aanzet om publiekelijk partij te kiezen, zoals de nieuwe WNBA-ster Caitlin Clark (22, Indiana Fever). “Het meeste wat ik kan doen is mensen aanmoedigen om te stemmen. Laten ze zich blijven informeren over de kandidaten en het beleid dat ze steunen”, zei ze tijdens een persconferentie op 11 september.

Patrick Mahomes (29), de beroemde quarterback van de Kansas City Chiefs in de NFL, volgde dezelfde lijn op 12 september, toen hem werd gevraagd naar zijn vrouw Brittany, die een paar dagen eerder een Instagram-post van Donald Trump had “geliked”. “Ik wil niet dat mijn platform wordt gebruikt om een kandidaat te steunen. Ik denk dat het mijn taak is om mensen aan te moedigen om te gaan stemmen.” Een standpunt dat door sommigen als begrijpelijk wordt beschouwd, door anderen als laf, die vinden dat Mahomes’ neutraliteit vooral zijn commerciële belangen dient.

(Maxime Aubin/L’Équipe via Tagtik/Pic: L'Equipe)