"Tweede en derde opstoot moeilijk te vermijden"
Omdat de cijfers over het aantal besmettingen en hospitalisaties met het coronavirus in België de goede kant opgaan, wordt al geruime tijd aandacht besteed aan een exitstrategie. Ook professor Herman Goossens (UAntwerpen), microbioloog en voorzitter van een Europees consortium van medische experts, buigt zich over de manier waarop de lockdownmaatregelen kunnen worden versoepeld.
Bij De Standaard benadrukt professor Goossens het belang van testen. Volgens epidemiologische modellen ligt de immuniteit onder de bevolking erg laag, maximaal 5 procent: "Dat is geen goed nieuws", aldus de professor. "De modellen tonen ook aan dat we ongeveer 70 procent van de verspreiding moeten voorkomen om niet weer het risico te lopen dat onze gezondheidszorg overbelast wordt. We moeten snel weten wie het virus verspreidt. Ook de mensen die niet ziek zijn."
Professor Goossens is voorstander van een aanpak waarbij in woonzorgcentra gericht wordt getest op centra waar het virus nog niet is binnengedrongen omdat zo te houden. "In de rusthuizen waar het virus al verspreid is, blijven de personeelsleden die positief testen best tien tot veertien dagen thuis in quarantaine. Maar dan mogen ze weer gaan werken, zelfs zonder extra test", zo verklaart hij nog.
In scholen moeten leerkrachten die symptomen vertonen, onmiddellijk worden getest om de verspreiding via kinderen naar andere volwassenen te voorkomen. Naast massaal testen ziet de professor ook heil in een app om besmette personen te identificeren en te traceren.
Ook met deze maatregelen is volgens professor Goossens een tweede en ook een derde opstoot "helaas moeilijk te vermijden": "Ik hoop dat een uitgekiende exitstrategie en het gericht testen die pieken zo laag mogelijk houden", zo luidt zijn besluit.
(Fausto by Tagtik/Source: De Standaard/Picture: Unsplash)
