People

Bijna Sinterklaas … voor vele kinderen een leuke en spannende periode, zeker wanneer ze nog geloven in deze mythe. Maar wat doe je als zoon- of dochterlief begint te twijfelen aan het bestaan van de Sint? Laat je kind niet zelf raden of fantaseren. Wanneer kinderen twijfelen, kan je als (groot)ouder beter eerlijk zijn. Vertel gerust dat Sinterklaas als historisch figuur echt heeft bestaan. Vertel ook dat in onze cultuur een gewoonte is ontstaan van cadeautjes te geven aan de kinderen op zijn verjaardag. Geen enkel kind wil immers geloven dat zijn/haar ouders hem/haar “blaasjes wijsmaken”. Daarom is het heel belangrijk dat jij, als ouder, uit de eerste hand het verhaal vertelt. Zo ben je ook in staat om de emoties die daaruit voortkomen op te vangen.

Op welke leeftijd en hoe vertel je het?
Dit verschilt van kind tot kind. Sommige kinderen beginnen reeds op hun vijfde al te twijfelen en
andere geloven er op hun negende nog in. Het hangt er ook van af of er grotere broers of zussen in het gezin zijn. Er is dus niet echt een leeftijdsgrens. Maar als je kind in het 4de of 5de leerjaar zit van de lagere school en nog steeds gelooft in de Sint, kan je toch wel voorzichtig vertellen dat het toch wel een beetje gek is dat Sinterklaas zo oud kan worden en op vele plaatsen tegelijk kan zijn. Vertel ook dat volwassen mensen er samen voor zorgen dat dit een geheim blijft en dat vanaf nu hij/zij dit ook geheim moet houden (omdat hij bij de ‘grote mensen’ hoort nu). Leg dan uit dat niet meer geloven in Sinterklaas niet betekent dat zij geen cadeautjes meer krijgen.

(Skwadra by Tagtik/Illustration picture: Pixabay)